<       TSL 3 – REDACTIONEEL       >



In het onderhavige en alweer laatste nummer van TSL van de eerste jaargang wordt aandacht besteed aan de in de Nederlandse pers en door de Nederlandse lezers ietwat verwaarloosde Russische schrijvers Limonov en Iskander. Over hen vindt u boekbesprekingen en interviews. De artikelen over de beide 'dorpsschrijvers' Bjelov en Raspoetin vloeiden voort uit de grote belangstelling voor dit fenomeen bij het Oost-Europa-Instituut, dat deze zomer een symposium hieraan wijdde. Als mogelijke nieuwe ster aan het Russische literaire firmament introduceren we de in Londen levende schrijver Zinik, die nu eens niet het tegenwoordig zoveel toegepaste genre van de satire hanteert, maar een aantal pretentieuze prozawerken op zijn naam heeft staan. Satire is er wel in het lange gedicht 'De alsermaargeennarigheidvankomtisten' waarin Jevgeni Jevtoesjenko de 'achterblijvers' van glasnost en perestrojka de oren wast.

Bij de overige Slavische literaturen ontbreekt ditmaal een bijdrage over de Tsjechische, maar daar staat tegenover dat hierdoor meer ruimte vrijkwam voor Poolse, Joegoslavische en Bulgaarse schrijvers, en wel in de vorm van drie prachtige verhalen voorzien van een inleiding. Speciale aandacht vragen wij voor het 'Mrożek-festival' dat in de tweede helft van november in Frascati in Amsterdam zal plaatsvinden en waarover u hier een voorbespreking aantreft.

Bij het ter perse gaan van dit nummer bereikte ons het heuglijke bericht dat Charles B. Timmer de Belle van Zuylenprijs is toegekend. Wij wensen hem vanaf deze plaats van harte geluk.



November 1988



<        TSL 3       >