Het huidige bewind van perestrojka en glasnost heeft nogal wat sympathisanten.
Volgens sommigen is het een
truc om westerse kredieten in de
wacht te slepen, volgens anderen
geen Potjomkindorp, maar een eerlijke
poging om met zeventig jaar Sovjetdictatuur
te breken. Aan toekomstvoorspellingen
wagen sovjetologen
zich niet. Iemand die het toch heeft
aangedurfd een coherente visie op de
Sovjetunie in de toekomst te ontwerpen,
is de Russische schrijver en emigrant Vladimir Vojnovitsj. Hij woont
sinds 1980 in West-Duitsland, vanwaaruit
hij de door de Sovjets graag
herhaalde bewering weerlegt dat een
Russische schrijver in den vreemde
'uitgepraat' zou zijn. Sindsdien publiceerde
hij Het tribunaal1, een toneelstuk
met een heel leuk absurdistisch
begin, de bundel De antisovjet
Sovjetunie2, die een paar humoristische
schetsen bevat, en de anti-utopische
roman Moskou 20423.
In 1982 maakt de in Stockdorf bij
München wonende Russische dissident
Vitali Kartsev gebruik van het
laatste technische snufje van Lufthansa:
een reis naar het land van
keuze in een jaar naar keuze. De
banneling kiest voor Moskou in het
jaar 2042. Iedereen is meteen geinteresseerd:
een Amerikaans tijdschrift
betaalt de reis ( drie miljoen DM) in
ruil voor een reportage; een Arabische
koning wil hem met een spionageopdracht
sturen; de Russische schrijver
Karnavalov, die nu in Canada
woont, wil dat hij diens opus 'De grote
zone' op een floppydisk het land binnensmokkelt
Tot zijn eigen grote verbazing wordt
Kartsev in Moskou met groot eerbetoon
ontvangen. Hij is immers een schrijver
die onder het vorige bewind van de
'cultisten, voluntaristen, corruptionisten
en reformisten' veel te lijden heeft
gehad. In de 'Moskorep' (= Moskouse
republiek) geldt hij als een groot
schrijver van de 'preliteratuur'. De
republiek van de eenentwintigste
eeuw, waarin hij is beland, is een
'echte communistische' staat die de
neus ophaalt voor het slapjanussencommunisme
van de tweede helft van de
twintigste eeuw. Dit reële communisme
is het gevolg van de Grote Communistische
Augustusrevolutie onder de leiding
van de Genialissimus. In deze
stadstaat is absoluut geen plaats voor
God, maar alleen voor de geniale secretarisgeneraal
en generalissimus,
met andere woorden de Genialissimus.
De CPSU is omgedoopt tot CPSV (=
Communistische Partij van de Staatsveiligheid),
die alle ongewenste en ondienstige
individuen buiten de stad
verbant, naar de zogenaamde 'ring
van vijandigheid'. De personencultus
is tot in het absurde doorgedreven:
184 standbeelden van de 'geniale' alleen
al in Moskou; de vroegere Gorkistraat
heet nu Straat van Volume Een
van het Verzameld Werk van de Genialissimus,
dat overigens al 618 volumes
telt. Het probleem van de intellectuelen
is origineel aangepakt : de
kompisy ( = communistische schrijvers)
zijn bedienden die in de BOKS (Bond
van Communistische Schrijvers) hun
uren kloppen (prikklok!) op een toetsenbord van een computer (zonder
scherm of printer) die aan een groot
epos werkt: 'Het leven van de Leider
oftewel Genialissimusiana. De Communistische
Gereformeerde Kerk heeft
in ruil voor het verzaken van het geloof
in God volledige vrijheid gekregen.
De behoeften van het volk worden
bepaald door de leiding, die zelf
in de categorie van 'intensieve' behoeften
valt. Het voedsel is oneetbaar
en in het bordeel ( dat de naam
'Kroepskaja' draagt) wordt zelfbediening
toegepast.
De 'Augustusrevolutie' was het
resultaat van een samenzwering van
'verbolgen KGB-generaals' tegen de
'marasmatici'. De macht berust bij
de Genialissimus, die vanuit de ruimte
alles en iedereen controleert, en
tevens bij de Opperste Vijfhoek en
de Redactiecommissie. De stad is
helemaal geïsoleerd van de buitenwereld.
Allerlei a-sociale elementen,
alcoholici, hooligans, parasieten,
joden, dissidenten, invaliden, gepensioneerden,
zieken en honden
zijn de stad uitgezet.
Dag in dag uit wordt in de pers
(die in de vorm van WC-papier gedrukt
wordt) tot vervelens toe geschreven
over de verdiensten van
de 'klassieker' Kartsev, voor wie een
groots jubileum op touw wordt gezet
(hij wordt honderd in 2042). Maar de
leiders van Moskorep zijn niet te
spreken over de negatieve uitlatingen
aan hun adres in zijn roman
Moskou 2042, die zij natuurlijk hebben
gelezen ... Vooral niet over het
personage Sim Simytsj Karnavalov,
die in alle stilte zijn terugkeer naar
Rusland voorbereidt om er korte
metten te maken met de 'communistische
slokoppen'. Met de dag groeit
de ontevredenheid onder het volk en
dus ook het aantal simieten (= aanhangers
van Sim Karnavalov). Karnavalov
had zich samen met twee
medewerkers en zijn ros Logos (Glagol)
laten invriezen en deponeren in
een Zwitserse bankkluis. Op het
ogenblik dat er in Rusland onlusten
uitbreken, worden de ingevrorenen
ontdooid en naar Moskou gestuurd.
Daar houdt de nieuwe ajatolla een
triomfantelijke intocht: tot op het
hoogste niveau blijken nu ineens
overtuigde simieten te zitten! Hij
roept zich uit tot 'Serafim de Eerste,
tsaar en autocraat van geheel Rusland'.
Het communisme wordt vogelvrij
verklaard, de monarchie hersteld
en er worden gouverneurs
aangesteld (Polen, Bulgarije en
Roemenië worden aparte gouvernementen).
De communisten moeten een
kerkelijke boetedoening ondergaan
of komen aan de galg. Mobiele volksgerechten
stellen ex-communisten
aan de schandpaal, de nieuwe keizer
vaardigt oekaze na oekaze uit. Zo
worden alle wetenschappen afgeschaft
en vervangen door drie verplichte
vakken: het Woord Gods, het Woordenboek
van Vladimir Dalj en De Grote
Zone van Serafim I. Ten slotte mag de
ooggetuige van de revolutie Vitali
Kartsev nog net vertrekken naar het
rustige Stockdorf anno 1982.
Dit is slechts een kleine greep uit
de rijke roman Moskou 2042 van Vladimir
Vojnovitsj, een ideologische
goudmijn met heel veel humoristische
hoogstandjes. Maar het grappigst én
venijnigst is deze toekomstroman door
zijn parodie op Aleksandr Solzjenitsyn.
De elementen die bijdragen tot deze
decodering zijn legio: Solzjenitsyn
als onverzoenlijk anticommunist en monarchist,
vijand van het pluralisme,
de conservatieve moralist , de noeste
literator die aan zijn veeldelig epos
(Krasnoje koleso, 'Het rode rad')
zwoegt en om zijn woorden kracht bij
te zetten ijverig het woordenboek van
Dalj bestudeert (vandaar zijn voorliefde
voor archaïsmen, regionalismen
en purismen). Deze soms subtiele,
soms vulgaire uitvallen tegen Solzjenitsyn,
die in de emigratie nog altijd
een stevige reputatie geniet, zullen
er wel de oorzaak van zijn dat er nog
maar weinig recensies op deze roman
verschenen zijn. Wij evenwel kunnen
het ons veroorloven het niet eens te
zijn met de mening van een criticus
dat Vojnovitsj hier aan 'kleinschalig
hooliganisme' doet.
De roman plaatst de vertaler voor aanzienlijke vertaalproblemen. De
taal van Moskorep zit vol van newspeak
en afkortingen, die meestal
komisch bedoeld zijn. Nog gemakkelijk
te vertalen is bijvoorbeeld SIM,
dat door iemand ontcijferd wordt als
Sojoez Istinnych Monarchistov ('Sociëteit
van Integere Monarchisten')
of bezboemlit (de naam van de gecomputeriseerde
schrijversorganisatie =
Paplooslit, dat is papierloze literatuur,
hier vertaald als 'Litzonpap'),
maar al moeilijker is Slagen (= Slava
Genialissimoesoe, de communistische
variant van Heil Hitler, hier 'Hulgen')
of de absolute voltreffer simoderzjavië
(in plaats van samo-) voor het
bewind dat Sim Karnavalov in het
bevrijde Rusland wil invoeren. In het
Nederlands is dat 'simocratische monarchie'
geworden. 'Sprekende' familienamen
hebben een lange traditie
in de Russische literatuur en Vojnovitsj
heeft niet de verleiding kunnen
weerstaan om via dit procédé zijn
literaire rivaal een hak te zetten. Al
bij al dus een vette kluif voor de
vertaalster, die haar lezers nergens
in de kou laat staan.
Behalve de parodie op Solzjenitsyn
zitten in de roman Moskou 2042 aardig
wat historische en 'landeskundliche'
realia verborgen. De waarde
van de roman ligt niet zozeer in het
ideeëngoed - Vojnovitsj heeft veel
elementen uit de Russische en westerse
utopische en SF-literatuur verwerkt-
als wel in de vlotte verteltrant
en de vaak aanstekelijke humor
en milde satire. In de Russische literatuur is een goed geconstrueerde
roman met al deze eigenschappen aardig
meegenomen. Het is dan ook niet
duidelijk waarom Louis Smit de roman
afbreekt in het eerste nummer van
de net gestarte Slavische Berichten
(Leiden, december 1988). Of je de
roman 'een pastiche van George Orwells
inmiddels uitgekauwde 1984'
kunt noemen, laat ik in het midden,
maar dat de roman 'gedateerd' zou
zijn, lijkt me een vreemde bewering.
Over een toekomstroman nog wel.
Het is toch niet omdat de roebel over
een paar jaar misschien convertibel
zal zijn of omdat Sinjavski naar de
Sovjetunie heeft mogen terugkeren,
dat de toekomstvisie van een Rus op
het Rusland van na Gorbatsjov waardeloos
wordt?