Er zijn altijd enthousiastelingen die, gegrepen door de schoonheid van de Russische poëzie, die poëzie niet alleen willen lezen, maar ook vertalen. Emile Mennens, inmiddels geruime tijd met pensioen, heeft al heel wat Russische gedichten, soms in vrije vertaling, vernederlandst. We brengen hier een keuze uit zijn werk.
портретС своей пылающей душой, 1828 * * *Счастлив, кто избран своенравно 1828 |
portretHaar hart vol vuur, haar ziel vol passie,
* * *Gelukkig hij die door jouw liefdesdroom |
---|
парусБелеет парус одинокой Играют волны – ветер свищет, Под ним струя светлей лазури, 1832 * * *На севере диком стоит одиноко И снится ей всё, что в пустыне далекой – 1841 cонВ полдневный жар в долине Дагестана Лежал один я на песке долины; И снился мне сияющий огнями Но, в разговор веселый не вступая, И снилась ей долина Дагестана; 1841 * * *Выхожу один я на дорогу; В небесах торжественно и чудно! Уж не жду от жизни ничего я, Но не тем холодным сном могилы... Чтоб всю ночь, весь день мой слух лелея, 1841 |
het zeilEen zeiltje schittert in zijn eentje Een windje fluit – de golven spelen, Beneden stroomt een licht azuurblauw,
* * *In ’t barre noorden, op een kale bergtop staat En dromen doet hij, dat, ver weg in de woestijn,
een droomIn Dagestan, in een vallei lag ’k roerloos, Rond mij verdrongen zich plateaus van rotsen. Ik droomde dat veel lichtjes blinkend dansen Maar één zat daar, in diep gepeins verzonken; En een vallei in Dagestan verscheen haar;
* * *Alleen ga ik op weg, alleen en eenzaam; De hemel is zo feestelijk, zo wonder! Verwachten doe ik niets meer van het leven Niet in de koude slaap van ’t kerkhof... Dat, dag en nacht, een zoete stem de liefde |
---|
* * *Я медленно сходил с ума Я плакал, страстью утомясь, И проникала в тишину Весенний день сменяла тьма, 1902 * * *Вхожу я в темные храмы, В тени у высокой колонны О, я привык к этим ризам О, Святая, как ласковы свечи, 1902 * * *Мне страшно с Тобой встречаться. По улице ходят тени, Кладут мне на плечи руки, А хмурое небо низко – 1902 | * * *Ik werd er gek van, langzaam, traag, Ik huilde maar, door hartstocht overmand, En was al tot de stilte doorgedrongen, Het duister heeft de lentedag verjaagd,
* * *Naar donkere kerken richten zich mijn schreden, En in de schaduw, bij de hoge zuilen, Vertrouwd zijn mij die mooie statiekleren O, Heilige, hoe minzaam zijn die lichten, * * *Vervloekt ben ik als ik bij Jou ben, Door de straten zwerven schimmen, Op mijn schouders rusten handen Door een wolk, naargeestig, laag
|
---|
роттердамский дневникI Дождь в Роттердаме. Сумерки. Среда. II Июльский полдень. Капает из вафли III Как время ни целебно, но культя, 1973 |
rotterdams dagboekI Regen in Rotterdam. Een woensdag. Het blijft maar plensen. II Juli in Rotterdam. Middaguur. Een wafelkoek III Nog heeft de tijd de pijn niet doen verdwijnen; |
---|