Leonid Filatov



Twee toneelstukken


filatov

Leonid Filatov

Leonid Filatov (1946-2003), acteur, regisseur, dichter en toneelschrijver. Filatov was een geliefd acteur van het Moskouse Tagankatheater, speelde in talloze films en schreef een aantal succesvolle toneelstukken. De twee hier vertaalde teksten komen uit Grech i droegië pjesy (‘Zonde en andere toneelstukken’), Ast, Moskou 2005.



zonder leugens


Handelende personen:
HIJ
ZIJ

HIJ   Nee maar! Wie hebben we daar! Is dat niet Tanja?
ZIJ   Nee maar! Is dat niet Kolja?
HIJ   Hoeveel jaren hebben we elkaar niet gezien?
ZIJ   Ja, misschien wel twintig, als het niet meer is!
HIJ   Je bent mooi geworden…
ZIJ   En jij bent een kerel geworden…
HIJ   Gewoon Angelina Jolie!
ZIJ   En jij precies Brad Pitt!
HIJ   Hoeveel jaar heb je erop zitten?
ZIJ   Tweeënveertig
HIJ   Je ziet eruit als eenenveertig!
ZIJ   En hoeveel heb jij er achter de rug?
HIJ   Drieënveertig.
ZIJ   Je ziet eruit als tweeënveertig!
HIJ   Vertel-es, hoe staat het leven?
ZIJ   Dank je, goed.
HIJ   Hoe is het met de gezondheid?
ZIJ   Eerste categorie gymnastiek. En een medaille ‘Voor het redden van drenkelingen’.
HIJ   Waar werk je?
ZIJ   Ik ben soliste in het ballet van het Bolsjoj Theater.
HIJ    Getrouwd?
ZIJ   Mijn man is academicus. Winnaar van de Nobelprijs.
HIJ   Kinderen?
ZIJ   Drie. Twee uitblinkers en eentje gemiddeld.
HIJ   Heb je een auto?
ZIJ   Twee BMW’s. En een Volkswagen bij de garage.
HIJ   Dus alles kits?
ZIJ   Alles kits.
HIJ   Nou, ik ben blij voor je, Tanja.
ZIJ   En hoe is het met jou, Kolja?
HIJ   Dank je, uitstekend.
ZIJ   Hoe is het met de gezondheid?
HIJ   Topbokser. Olympisch kampioen.
ZIJ   Waar werk je?
HIJ   Diplomaat. Geaccrediteerd in Brazilië.
ZIJ   Getrouwd?
HIJ   Mijn vrouw is filmster. Ze filmt in Hollywood.
ZIJ   Kinderen?
HIJ   Drie. Twee in de hulporganisatie voor oorlogsinvaliden en één in de vereniging van natuurvrienden.
ZIJ   Heb je een auto?
HIJ   Twee Mercedessen. En een bus.
ZIJ   Dus alles kits?
HIJ   Alles kits.
ZIJ   Nou, ik ben blij voor je, Kola.

Pauze, muzikaal intermezzo.

HIJ   Ja, dat is lang geleden! Herinner je je onze eerste ontmoeting? Nog op de kleuterschool?...
ZIJ   Natuurlijk herinner ik me die! Jij zat toen in de hoogste groep en ik in de middelste!...
HIJ   Ik hield toen heel veel van je, Tanja. Ik stopte een kikker in je nek omdat ik om jou jaloers was op Misjka!...
zij En ik hield van jou, Kolja!... Ik gaf je een klap op je kop met een
schep omdat ik wilde dat je aandacht aan me besteedde!...
HIJ   Ik heb tegen je gelogen, Tanja!... Ik ben helemaal geen diplomaat! Ik wilde gewoon wat opscheppen…
ZIJ   En ik heb jou bedrogen, Kolja!... Ik ben helemaal geen ballerina! Ik wilde je gewoon wat zand in de ogen strooien…
HIJ   Laten we openhartig zijn, Tanja!
ZIJ   Laten we dat doen, Kolja!
HIJ   Recht toe, recht aan!
ZIJ   Recht toe, recht aan!
HIJ   Zonder leugens!
ZIJ   Zonder leugens!
HIJ   Nou, vertel, hoe staat het leven?
ZIJ   Slecht, Kolja. Het kon niet slechter.
HIJ   Hoe is het met de gezondheid?
zij Hernia, tromboflebitis en grootheidswaanzin.
HIJ   Waar werk je?
ZIJ   Schoonmaakster in het Centrale Badhuis.
HIJ   Getrouwd?
ZIJ   Mijn man is een nietsnut. Zit in een ontwenningskliniek.
HIJ   Kinderen?
ZIJ   Drie. Twee rotzooitrappers en een debiel.
HIJ   Heb je een auto?
ZIJ   Een strijkijzer. En dat doet het niet.
HIJ   Dus alles is vreselijk?
ZIJ   Alles is vreselijk!
HIJ   Nou, ik ben blij voor je, Tanja! Dat wil zeggen, blij dat je de moed niet laat zakken.
ZIJ   En hoe is met jou, Kolja?
HIJ   Afschuwelijk. Erger kun je je niet voorstellen.
ZIJ   Hoe is het met de gezondheid?
HIJ   Neurose, sclerose en alle verschijnselen van cholera.
ZIJ   Waar werk je?
HIJ   Bewaker op de gemeentelijke begraafplaats.
ZIJ   Getrouwd?
HIJ   Mijn vrouw is zwarthandelaarster. Zit in de gevangenis.
ZIJ   Kinderen?
HIJ   Drie. Twee van mezelf en één van de buurman.
ZIJ   Heb je een auto?
HIJ   Een autoped. En ook die is verdwenen.
ZIJ   Dus alles is vreselijk?
HIJ   Alles is vreselijk!
ZIJ   Nou, ik ben blij voor je, Kolja!... Dat wil zeggen, blij dat je niet bij de pakken neerzit!...
HIJ   Je bent er niet mooier op geworden!...
ZIJ   En jij bent er niet jonger op geworden!...
HIJ   Sorry dat ik het ronduit zeg, maar je ziet er gewoon uit als een heks!...
ZIJ   En jij niet beter, net een ouwe zak!...
HIJ   Hoeveel jaar heb je erop zitten?
ZIJ   Tweeënveertig.
HIJ   Je ziet eruit als drieënveertig.
ZIJ   En hoeveel heb jij er achter de rug?
HIJ   Drieënveertig.
ZIJ   Je lijkt wel honderd!

Pauze, muzikaal intermezzo.

HIJ   Tsja… Hoeveel water is er niet voorbijgestroomd… Herinner je je onze eerste ontmoeting? Nog op de kleuterschool?
ZIJ   Natuurlijk herinner ik me die. Jij was in de hoogste groep en ik in de middelste.
HIJ   Ik vond je toen meteen al niet leuk. Daarom stopte ik een kikker in je nek.
ZIJ   En ik sloeg je met een schep op je kop. Je was toen een onuitstaanbare rotzak.
HIJ   Weet je, ik zei dat allemaal voor de grap, Tanja. Ik ben helemaal geen bewaker. Ik wou gewoon een beetje met je dollen…
ZIJ   En ik wou kijken hoe het met je gevoel van humor staat. Ik
ben, dat begrijp je zelf ook wel, helemaal geen schoonmaakster.
HIJ   Nou, ik ben blij voor je, Tanja.
ZIJ   Maar hoe is het met jou, Kolja?
HIJ   Praktisch onsterflijk. Volgens het systeem van de Indische yogi.
ZIJ   Waar werk je?
HIJ   Voorlopig een geheim. Ik strijd voor de vrede, overal in de wereld.
ZIJ   Getrouwd?
HIJ   Mijn vrouw is prinses van Groot Brittannië.
ZIJ   Kinderen?
HIJ   Drie. Twee enorm harde werkers en een knokker.
ZIJ   Heb je een auto?
HIJ   Twee vliegtuigen. En een helikopter.
ZIJ   Dus alles kits?
HIJ   Alles kits.
ZIJ   Nou, ik ben blij voor je, Kolja!
HIJ   Luister, je bent gewoon een schoonheid!
ZIJ   En jij een vent die er wezen mag! Een adelaar!
HIJ   Potverdomme, een schoonheid. Sofia Loren!
ZIJ   En jij dan. Jij bent echt Alain Delon!
HIJ   Laten we openhartig zijn, Tanja!
ZIJ   Laten we dat doen, Kolja!
HIJ   Oprecht!
ZIJ   Oprecht!
HIJ   Zonder leugens!
ZIJ   Zonder leugens!
HIJ   Nou, vertel. Hoe staat het leven?
ZIJ   Dank je, verbijsterend.
HIJ   Hoe is het met de gezondheid?
ZIJ   Wereldkampioen in alle sporten.
hij Waar werk je?
ZIJ   Als mannequin. Bij een modellenbureau.
HIJ   Getrouwd?
ZIJ   Mijn man is kosmonaut. Op dit moment is hij in de ruimte.
HIJ   Kinderen?
ZIJ   Drie. Twee wonderkinderen en een genie.
HIJ   Heb je een auto?
ZIJ   Twee jachten. En een motorboot.
HIJ   Dus alles kits?
ZIJ   Alles kits.
HIJ   Hoeveel jaar heb je erop zitten?
ZIJ   Vijfentwintig.
HIJ   Je ziet eruit als zeventien!
ZIJ   En hoeveel heb jij er achter de rug?
HIJ   Zesentwintig!
ZIJ   Je ziet eruit als achttien!
HIJ   Nou, ik ben blij voor je, Tanja!

Pauze, muzikaal intermezzo.

HIJ   Goed, nietwaar, dat bij ons alles goed is. En we kunnen elkaar recht in de ogen kijken!
ZIJ   Ja, het zou slecht zijn als bij ons alles slecht was!... Mislukkelingen zijn ontzettend kwalijke en onoprechte mensen!...
HIJ   Het is prettig ons te realiseren dat we iets in het leven hebben bereikt. En dat we op niemand jaloers hoeven te zijn.
ZIJ   Prettig dat we absoluut geen complexen hebben. En dat we ons succes zonder problemen kunnen delen.
HIJ   Onnodig iets te verzinnen als je openhartig kunt spreken. Recht toe, recht aan. Oprecht.
SAMEN   (Naar de zaal.) Zonder leugens!
DE PRESENTATOR   De trein heeft zich in beweging gezet… In de ramen flitsten de gezichten langs van de uitzwaaiers, vervluchtigden de omtrekken van de daken van de Moskouse voorsteden, en verdween de geur van asfalt en benzine – en daar zijn we nu op weg…

Iemand zet de stukken op een schaakbord, iemand leest een voddige detective, iemand maakt kennis met zijn buren in de coupé.

Kennismaking onderweg gaat op een manier die zo oud is als de wereld: ‘Mag ik u vragen, heb ik u niet al eens eerder gezien?...’

Voor ons bevinden zich een Man en een Vrouw. Ze zitten elkaar al lang te bekijken. Ieder wil een gunstige indruk op de ander maken en daarom proberen ze moeizaam een eerste zin te bedenken, waarmee de kennismaking kan beginnen. Die zin, dat zult u begrijpen, moet fris, onverwacht, origineel zijn. Daar komt-ie, die zin…

twee in de trein

Handelende personen:
HIJ
ZIJ

ZIJ   Even voorstellen. De coupé van een langeafstandstrein. Twee mensen. En, zoals dat gaat, de kennismaking begint met de zin…
HIJ   Mag ik u vragen, heb ik u niet al eens eerder gezien?...
ZIJ   Weet u, uw gezicht komt mij ook bekend voor…
HIJ   Komt u niet geregeld in Doesjanbe?
ZIJ   In Doesjanbe? Nee.
HIJ   Ik wel. En komt u niet geregeld in Koloenda?
ZIJ   Nee, ook niet in Koloenda.
HIJ   Nou, maar in Koemrach komt u hoop ik wel.
ZIJ   Ja!... In Koemrach wel.
HIJ   Maar ik niet. In Koemrach niet.
ZIJ   Maar waarom vraagt u me dat dan, als u daar nooit komt.
HIJ   Ik vraag het daarom, omdat ik daar nooit kom.
ZIJ   U bent geoloog?
HIJ   U woont op nummer?
ZIJ   Vijfentwintig.
HIJ   Uw naam?
ZIJ   Ljoesja.
HIJ   Hoe heet uw man?
ZIJ   Sasja.
HIJ   Ljoesja!!!
ZIJ   Sasja!!! (Ze vallen elkaar in de armen.)
HIJ   Ik zit te kijken, een bekend gezicht…
ZIJ   En ik zit te denken, waar kan ik hem eerder hebben gezien… Hoe vaak heb ik je niet gevraagd: als je op dienstreis gaat, laat dan een briefje achter…
HIJ   Jij bent me ook een mooie… Je legt het aan met de eerste de beste die je tegenkomt.
ZIJ   Jij bent niet de eerste de beste die ik tegenkom. Jij bent, zoals is gebleken, mijn echtgenoot. Bovendien ben jij als eerste begonnen…
HIJ   En als ik je had proberen te kussen?
ZIJ   Dan zou ik meteen van je scheiden!...
HIJ   Dat is fraai zeg!... Jij zit hem te kussen, en ik draai ervoor op?!...
ZIJ   Wie is die ‘hem’?...
HIJ   De eerste de beste die je tegenkomt. Dat wil zeggen: ik.
ZIJ   Jij zou, als echtgenoot, moeten ingrijpen en hem flink op zijn lazer geven.!...
HIJ   Wie is die ‘hem’?
ZIJ   De eerste de beste die ik tegenkom. Waarom heb je niet ingegrepen?
HIJ   Nou goed… Hou me maar niet langer voor de gek… Zeg liever hoe het met mama is.
ZIJ   Goed.
HIJ   Concreter!
ZIJ   Ze leeft en is gezond.
HIJ   Hoe is het met Vovka?
ZIJ   Wat voor Vovka?
HIJ   Onze zoon, Vovka.
ZIJ   Wij hebben geen zoon die Vovka heet. Wij hebben een dochter, Katja.
HIJ   Dank je wel!!! Op jou kun je absoluut geen staat maken! Je weet toch dat ik een zoon wilde.
ZIJ   Zo is het nu eenmaal gegaan…
HIJ   Ze heeft zeker vijven voor Engels gehaald.
ZIJ   Katja spreekt geen Engels. Katja is pas drie.
HIJ   Precies!!! En als je zo nog langer alles van haar door de vingers ziet, zal ze bij jou nog verleren Russisch te spreken!... Toen ik zo oud was als zij verslond ik Marsjak, ging ik helemaal op in Tolstoj…
ZIJ   Weet je, Sasja, ze heeft onder haar elleboog zo’n sympathiek klein moedervlekje. Net als bij jou…
HIJ   Net als bij mij? Ik heb onder mijn elleboog nooit een moedervlek gehad!...
ZIJ   Wat bedoel je met ‘nooit gehad’, als-ie daar zit?...
HIJ   Hoe kan-ie er zitten als-ie er nooit heeft gezeten?...
ZIJ   Laat zien!...
HIJ   Asjeblieft!... (stroopt zijn mouw op)
zij Zeg eens eerlijk, waarom heb je dat gedaan?hij U woont op nummer?
ZIJ   Vijfentwintig.
HIJ   Uw naam?
ZIJ   Ljoesja.
HIJ   Hoe heet uw man?
ZIJ   Sasja.
HIJ   Ljoesja!!!
ZIJ   Sasja!!! (Ze vallen elkaar in de armen.)
HIJ   Ik zit te kijken, een bekend gezicht…
ZIJ   En ik zit te denken, waar kan ik hem eerder hebben gezien… Hoe vaak heb ik je niet gevraagd: als je op dienstreis gaat, laat dan een briefje achter…
HIJ   Jij bent me ook een mooie… Je legt het aan met de eerste de beste die je tegenkomt.
ZIJ   Jij bent niet de eerste de beste die ik tegenkom. Jij bent, zoals is gebleken, mijn echtgenoot. Bovendien ben jij als eerste begonnen…
HIJ   En als ik je had proberen te kussen?
ZIJ   Dan zou ik meteen van je scheiden!...
HIJ   Dat is fraai zeg!... Jij zit hem te kussen, en ik draai ervoor op?!...
ZIJ   Wie is die ‘hem’?...
HIJ   De eerste de beste die je tegenkomt. Dat wil zeggen: ik.
ZIJ   Jij zou, als echtgenoot, moeten ingrijpen en hem flink op zijn lazer geven.!...
HIJ   Wie is die ‘hem’?
ZIJ   De eerste de beste die ik tegenkom. Waarom heb je niet ingegrepen?
HIJ   Nou goed… Hou me maar niet langer voor de gek… Zeg liever hoe het met mama is.
ZIJ   Goed.
HIJ   Concreter!
ZIJ   Ze leeft en is gezond.
HIJ   Hoe is het met Vovka?
ZIJ   Wat voor Vovka?
HIJ   Onze zoon, Vovka.
ZIJ   Wij hebben geen zoon die Vovka heet. Wij hebben een dochter, Katja.
HIJ   Dank je wel!!! Op jou kun je absoluut geen staat maken! Je weet toch dat ik een zoon wilde.
ZIJ   Zo is het nu eenmaal gegaan…
HIJ   Ze heeft zeker vijven voor Engels gehaald.
ZIJ   Katja spreekt geen Engels. Katja is pas drie.
HIJ   Precies!!! En als je zo nog langer alles van haar door de vingers ziet, zal ze bij jou nog verleren Russisch te spreken!... Toen ik zo oud was als zij verslond ik Marsjak, ging ik helemaal op in Tolstoj…
ZIJ   Weet je, Sasja, ze heeft onder haar elleboog zo’n sympathiek klein moedervlekje. Net als bij jou…
HIJ   Net als bij mij? Ik heb onder mijn elleboog nooit een moedervlek gehad!...
ZIJ   Wat bedoel je met ‘nooit gehad’, als-ie daar zit?...
HIJ   Hoe kan-ie er zitten als-ie er nooit heeft gezeten?...
ZIJ   Laat zien!...
HIJ   Asjeblieft!... (stroopt zijn mouw op)
ZIJ   Zeg eens eerlijk, waarom heb je dat gedaan?
HIJ   Wat heb ik gedaan?
ZIJ   Waarom heb je hem weggehaald?
HIJ   Wie heb ik weggehaald? Waarheen?...
ZIJ   De moedervlek.
HIJ   Ik heb helemaal geen moedervlek. Die was er niet en zal er ook nooit zijn. Punt uit!
ZIJ   In dat geval: wie bent u eigenlijk?...
HIJ   Jouw echtgenoot.
ZIJ   Mijn echtgenoot?
HIJ   Jouw echtgenoot.
zij Mijn echtgenoot?
HIJ   Jouw echtgenoot.
ZIJ   U bent mijn echtgenoot niet!
HIJ   Hallo zeg, ik ben uw tante!...
ZIJ   Mijn echtgenoot heeft hier… onder zijn elleboog… een kleine moedervlek.
HIJ   Die heb ik ook. Alleen niet hier.
ZIJ   Waar dan?
HIJ   Niet hier.
ZIJ   Waar dan wel?
HIJ   Niet hier!
ZIJ   Maar waar dan?
HIJ   Waar die moet zitten!!!
ZIJ   Stop. Laten we opnieuw beginnen. U komt uit Moskou?
HIJ   Uit Moskou.
ZIJ   Straat?
HIJ   Tsjechovstraat!
ZIJ   Anton Pavlovitsj?
HIJ   Anton Pavlovitsj!
ZIJ   Bij het Poesjkinplein?
HIJ   Bij het Poesjkinplein!
ZIJ   Aleksander Sergejevitsj?
HIJ   Aleksander Sergejevitsj!
ZIJ   Flatnummer?
HIJ   Vijfentwintig!
ZIJ   Huisnummer?
HIJ   Negen!
ZIJ   Ik heb tien! (Pauze)
HIJ   Hm… Wat een verhaal… Ik kijk, een bekend gezicht…
ZIJ   En ik denk: waar zou ik die eerder gezien kunnen hebben…
DE PRESENTATOR   Wie je al niet tegenkomt onderweg!... Je begint te praten met iemand en plotseling blijkt dat jullie elkaar al heel lang kennen. En zelfs nog meer dan dat. Jullie zijn goede kennissen. En zelfs nog meer dan goede kennissen. Vrienden! Wat is de wereld toch klein!...

Vertaling Willem G. Weststeijn



   <

TSL 59

   >