In het tijdschrift Oktjabr (nummer 10, blz. 3-60) verscheen in 1994 een opmerkelijke novelle, geschreven door Sofja Tolstaja. Wiens schuld is het? (oorspronkelijke titel: Чья вина?) was een polemisch antwoord uit 1892 op De Kreutzersonate, in 1889 geschreven door Sofja’s man: Lev Tolstoj.
Het is opvallend dat Sofja Tolstaja, die tot nu toe veelal als een paranoïde hysterica is neergezet, nu pas op een andere manier kan worden gewaardeerd. Zij was een van eerste
schrijfsters uit de negentiende eeuw die over seksualiteit durfde te schrijven en men vergeet nogal eens hoe veelzijdig en begaafd zij ook zelf was. Ze schreef niet alleen de eerste twintig jaar van hun huwelijk al het werk van haar man – vaak meerdere malen – trouw over, ze dichtte, schreef literaire recensies en vertaalde uit en naar verschillende talen, schreef twee autobiografieën, schilderde verdienstelijk en was een goede fotograaf. Nu, lang naar haar dood, blijkt pas dat ze ook nog twee novelles schreef, waarvan Wiens schuld is het? er een is.
Sofja Aleksejevna Behrs (1844-1919) was achttien toen ze met graaf Tolstoj trouwde. Dat
was voor West-Europese begrippen tamelijk jong, maar in Rusland niet. Zij kwam uit een
niet adellijke, maar wel ontwikkelde familie. Haar vader was hofarts aan het Kremlin van Moskou. Sofja had voor een meisje een optimale opleiding genoten, want ze had op
haar zeventiende het diploma voor huislerares behaald. Vrouwen konden toen immers
nog niet aan de universiteit studeren. In het begin legde zij zich met liefde neer bij haar
rol als vrouw van Tolstoj en moeder van hun kinderen (in totaal bracht ze tussen 1863 en
1888 dertien kinderen ter wereld, waarvan er acht de volwassenheid zouden bereiken en
bovendien had ze nog drie miskramen). In de loop van de jaren tachtig van de negentiende
eeuw was de verhouding tussen de echtelieden verslechterd onder invloed van de veranderde ideeën van Tolstoj op het gebied van godsdienst, kunst, leefstijl, huwelijk en gezin. Hij wilde eigenlijk geen literatuur meer schrijven, afzien van zijn auteursrechten en
eenvoudig leven en hij vond eigenlijk dat zijn gezin daarin mee moest gaan.
Toch schreef hij in 1889 De Kreutzersonate. Sofja Tolstaja was verontwaardigd, omdat in De Kreutzersonate de moordenaar als het ware wordt vrijgepleit van zijn daad. Zijn vrouw is immers verliefd geworden op een huisvriend, een pianist, en dit staat in de ogen van de echtgenoot gelijk aan overspel. Of het echt overspel was wordt niet duidelijk, maar deze platonische liefde rechtvaardigt in zijn ogen zijn moord op zijn vrouw.
Tolstoj bekritiseerde in De Kreutzersonate het huwelijk, dat in zijn ogen moreel verval inhield. In een huwelijk kon men zich volgens hem niet in dienst van God stellen. Om
nader tot God te komen moest men zich seksueel onthouden. Nu had Tolstoj altijd al een
conservatieve opvatting gehad over de vrouw, maar toen hij De Kreutzersonate schreef was hij wel heel negatief. Sofja ergerde zich heel erg aan deze novelle, omdat er tal van verwijzingen naar haar persoonlijke leven in stonden. Dat was voor het lezerspubliek ook duidelijk, want men vatte het werk op als een kritiek op het huwelijk in het algemeen en op het huwelijk van Tolstoj en zijn vrouw in het bijzonder. Niet voor niets is een van de motto’s bij dit verhaal: Maar ik zeg u: Een ieder die een vrouw aanziet om haar te begeren heeft in zijn hart reeds echtbreuk met haar gepleegd. (Mattheus 5:28). Tolstoj geloofde alleen in seksuele liefde tussen man en vrouw, hij verwierp het idee van een samengaan van geestelijke en lichamelijke liefde. In haar dagboek schrijft Sofja (13 februari 1891): ‘Ik weet niet hoe en waarom De Kreutzersonate in verband is gebracht met ons huwelijksleven, maar dat is gebeurd en iedereen, van de tsaar tot Lev Nikolajevitsjs broer en zijn beste vriend, Diakov, iedereen had met mij te doen. Trouwens, wat zou ik naar anderen luisteren. Ik voelde zelf diep in mijn hart dat de novelle tegen mij gericht was, dat hij mij een wond had toegebracht, mij vernederd had in de ogen van de hele wereld en de laatste rest van liefde tussen ons had vernietigd. En dat alles zonder dat ik ooit gedurende mijn huwelijksleven ook maar met een geste of blik naar wie dan ook enige verdenking door mijn man verdiend heb!... (Sofja Tolstoj, Dagboek. Vertaling Tom Eekman, Amsterdam 1984.)
Tolstoj vertelt De Kreutzersonate vanuit het perspectief van een man; Sofja kiest in haar novelle uiteraard voor het perspectief van de vrouw. We kunnen ons daardoor goed identificeren met de vrouwelijke hoofdpersoon, maar desondanks blijft haar man geen flat character. Hij wordt ook een mens van vlees en bloed, met zwakke en maar ook wel enkele sterke kanten. In haar novelle is het onbegrip tussen man en vrouw veel mooier uitgewerkt. Zij maakt heel invoelbaar dat door een tekort aan aandacht en genegenheid de vrouw bijna uit noodzaak een sterke vriendschap ontwikkelt met een andere man. In haar novelle, die overigens sterk autobiografisch is, vraagt een oudere man (vijfendertig jaar) een achttienjarig meisje ten huwelijk. Zij is naïef en hij is door de wol geverfd. Hij heeft geen behoefte aan een geestelijke band en zij is dan ook bijna onmiddellijk teleurgesteld. Ze beschouwt hem als een beest en schrikt zich dood als ze merkt dat het hem eigenlijk alleen om seks gaat. Hij toont nauwelijks begrip voor haar en dit wordt nog erger als er kinderen komen. Hij vindt haar wanstaltig als ze zwanger is en om kleine kinderen geeft hij al helemaal niets. Het is dus wel duidelijk welke richting het verhaal uitgaat. Als ze een platonische liefde opvat voor een oude vriend van hem wordt zijn jaloezie zo hevig dat hij niet meer te houden is en haar uiteindelijk doodt. Niet alleen haar gevoelens worden zeer begrijpelijk gemaakt, maar ook de zijne. Ook Sofja’s novelle eindigt dus met een moord, maar de schuldvraag blijft eigenlijk onbeantwoord. Daarmee getuigt zij ervan een modernere, genuanceerdere visie te hebben dan haar man.
Ik ben blij dat ik haar novelle ontdekt heb en dat uitgeverij Athenaeum – Polak & Van
Gennep mij de gelegenheid heeft geboden deze uiterst onderhoudende en in veel opzichten
nog steeds moderne novelle te vertalen. Ik heb daarbij voor de titel Een zuivere liefde gekozen. Hieronder volgt een publicatie van de vertaling van de eerste drie hoofstukken ervan.