Aleksander Soechovo-Kobylin



Beelden uit het verleden (fragmenten)



GESPREK VAN MOEROMSKl MET RASPLJOEJEV EN KRETSJINSKl
UIT DE BRUILOFT VAN KRETSJINSKl, DERDE BEDRIJF, SCENE 3.

(Landeigenaar Moeromski in gesprek met de oplichter Raspljoejev, die pretendeert een vermogend man te zijn en Michail Vasilitsj Kretsjinski, zijn handlanger, die hoopt door een huwelijk met Moeromski's dochter een fortuin in de wacht te slepen).




MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV

(Neemt een kopje) Mag ik eens vragen, bent u in militaire dienst of in civiele?
(Neemt een kopje) In civ ... in civ ... in mil... in civiel... in civiele mijnheer ...
(Zeer beleefd) En woont u in Moskou of in de provincie?
In Moskou meneer, in Moskou, dat wil zeggen soms ... maar anders meestal in de provincie.
Vertelt u eens, in welk gouvernement ligt uw landgoed?
In het gouvernement Simbirsk meneer, Simbirsk.
En in welk district?
(Snel) Welk district?
(Knikt) Ja.
Hoe heet het ook alweer (buigt zich voorover en denkt na) ... het. eh ... wat was het ook weer? .. (Terzijde) Goh, ik ken in die uit hoek geen enkel district. (Hardop en met de vingers knippend) Het ligt op het puntje van mijn tong ... Ach ... God ... Michail Vasilitsj ! Hoe heet dat district?

 

KRETSJNSKI
RASPLJOEJEV
KRETSJNSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV

MOEROMSKI
RASPLJOEJEV

Welk district? ..
Nou, ons district.
Oh! Ardatov.
(Maakt een handgebaar naar Moeromski) Nou, u hoort het! ..
Ardatov?
(Slurpt zijn thee en knikt instemmend met zijn hoofd)
Gouvernement Simbirsk, district Ardatov, meneer.
Maar het district Ardatov ligt in het gouvernement Nizjni Novgorod.
(Verslikt zich) In Nizjni Novgorod? Hoezo Nizjni Novgorod? Ha, ha, ha, ha! Michail Vasilitsj ! Hoe zit dat nou? Ze zeggen dat het district Ardatov in het gouvernement Nizjni Novgorod ligt... wat zegt u daarvan ... ha, ha, he, he! ..

KRETSJNSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV

 

(Ongeduldig) Dat klopt! Er zijn er twee: een Ardatov in Nizjni Novgorod en een in Simbirsk.
(Maakt gebaar naar Moeromski) Ziet u wel! ..
(Maakt gebaar) Ja, inderdaad: een Ardatov in Nizjni Novgorod en een in Simbirsk.
(Maakt ook een gebaar) Het ene Ardatov in Nizjni Novgorod en het andere in Simbirsk. (Herstelt zich)
Neem me niet kwalijk, u hebt gelijk. (Zwijgen) Zeg eens, wie is bij u ook al weer de Adelsmaarschalk?
Wat? (Terzijde) Waar is die man op uit? Waar leidt dat toe? (Wuift met zijn hand) Ach, wat kan het schelen! .. (Hardop) Brevnov.

MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV

 

Wie, zegt u?
Brrrevnov!
Ken ik niet... ik heb niet de eer hem te kennen ...
(Terzijde) Dat kan ik me voorstellen.
Is het een goeie man?
Meer dan voortreffelijk! Hij doet geen vlieg kwaad.
Dat is vandaag de dag een zeldzaamheid.
Hm! Een zeldzaamheid! Nee, Pjotr Konstantinytsj, dat komt niet voor, dat durf ik gerust te zeggen.
Nou, nou ...
(Heftig) Ik verzeker het u. Gaat u maar na! ...
(Met deelneming) U hebt kennelijk in uw leven een hoop narigheid van de mensen ondervonden.
Inderdaad! (Trekt zijn jasje recht) Ik kan wel zeggen dat ik in mijn leven zeer veel narigheid heb ondervonden; een ander zou er niet zonder kleerscheuren vanaf gekomen zijn, maar ik zit hier levend en wel...

 

MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV
MOEROMSKI
RASPLJOEJEV


KRETSJNSKI

(Met een zucht) Je maakt wat mee, je maakt van alles mee in het leven ... En hoe is bij u de grond?
De grond? De grond is prima.
U hebt daar zeker zwarte aarde hè? Simbirsk is immers het gouvernement van de zwarte aarde.
Ja, ja, ja, wat dacht u ! zwarte aarde - fantastische zwarte aarde, zwart, zo zwart als ... als het maar zijn kan!
En dan hebt u zeker uitstekende oogsten?
De oogst? Ik kan daar in die uithoek het graan niet eens binnenhalen (Schatert) waarachtig niet.
Werkelijk?
Echt waar, ik kan het niet. Maar dat kan me niet schelen! Ik vind het zelfs niet erg ... (Schatert).
(Lacht ook) Zijn de landeigenaren daar in de steppe zo? Vertel eens, hoe zijn de opbrengsten?
(Terzijde) Hij doet het expres ... (Slaat de ogen ten hemel)
Heregod, waar moet dat heen? .. (Veegt zich het zweet af) wel...
over de opbrengsten kan ik u niets zeggen, want. ..
(Draait zich om) Om 's hemels wil, Pjotr Konstantinytsj ! Hoe kunt u hem nu zulke dingen vragen. Hij komt alleen met zijn jachthonden langs de velden. Van het bedrijf heeft hij totaal geen verstand ...

MOEROMSKI

KRETSJNSKI
MOEROMSKI
KRETSJNSKI
MOEROMSKI
KRETSJNSKI
MOEROMSKI
KRETSJNSKI

Vertelt u eens, Michail Vasilitsj, uw landgoed ligt in het gouvernement Simbirsk,
maar uw familie woont in het gouvernement Mogiljov, klopt dat?
Het landgoed in Simbirsk is van de familie van mijn moeder.
Oh,juist! En hoe heette uw moeder?
(Aarzelend) Kolchovskaja.
Ah, een oude familie.
Daar hangt het portret van mijn grootvader, dat wil zeggen de vader van mijn moeder.
(Kijkt naar het portret) Oh, juist, ja.
Ivan Antonytsj heeft hem nog gekend; het waren buren.
(Knipoogt naar Raspljoejev en gaat met de dames door de zijdeur af).



BRIEF VAN KRETSJINSKI UIT HET DOSSIER, EERSTE BEDRIJF, SCENE 1.



(Kretsjinski die destijds Moeromski heeft bedrogen waardoor deze uiteindelijk in een rechtszaak verwikkeld raakte, waarschuwt nu Moeromski voor de gang van zaken bij de rechtbanken).


Geachte heer Pjotr Konstantinovitsj ! - Een uiterst dwingende reden noopt mij u te schrijven. Die noodzaak geldt niet mijzelf maar u - en vandaar. Ze willen steekpenningen van u - geef ze; de gevolgen van een weigering kunnen verschrikkelijk zijn. U weet niet veel af van dergelijke steekpenningen, noch hoe ze worden geïnd; sta mij dus toe dat ik het u uitleg. Er zijn steekpenningen en steekpenningen: je hebt dorpse steekpenningen: het pastorale, arcadische smeergeld als het ware; het wordt bij voorkeur geïnd in natura en de hoeveelheid is afhankelijk van de persoon; - dat zijn nog geen steekpenningen. Je hebt industriële steekpenningen: die worden geheven over de winst, over een contract, of over een erfenis, kortom verwervingskosten, gebaseerd op het axioma - bemin je naaste als jezelf; eerlijk zullen we alles delen. - Welnu, dat zijn ook nog geen steekpenningen. Maar je hebt ook criminele of genadeloze steekpenningen - die worden geïnd tot je uitgeput bent, tot je uitgekleed bent! Dat gaat volgens de beginselen en theorieën van Stenka Razin en Solovej Razbojnik en voltrekt zich onder de dekmantel en in de schaduw van een dicht woud van wetten, met behulp en door middel van de klemmen, valkuilen en hengels van de rechtspleging, opgesteld in het veld van de menselijke activiteit, en oud en jong, arm en rijk, valt zonder onderscheid van geslacht, leeftijd en kennis, kunde of onkunde in die kuilen ... Zulke steekpenningen willen ze nu van u, uw dochter wordt nu in zo'n valkuil van de rechtspleging gejaagd. Koop u vrij! Om Godswil, koop u vrij! .. Ze willen geld van u - geef het! Ze zullen u uitwringen - geef alles! .. De zaak die is ontstaan naar aanleiding van het rapport van de districtscommissaris over mijn vermeende verzet tegen de politiemacht, over het dreigement hem ter plekke te vermoorden en over mijn fraude met het belenen van uw diamant neemt voor u een gevaarlijke wending. Gisteren werd mij de hele intrige uit de doeken gedaan; gisteren hebben ze mij voorgesteld enige verklaringen af te leggen met betrekking tot de eer van uw dochter. U zult verbaasd zijn, maar stel u voor - ik ben er niet op ingegaan! Ik heb geantwoord dat ik misschien een koopman die zijn geld erdoor jaagt, of een losbandige landeigenaar die zijn erfgoed verkwist bij het kaarten heb laten verliezen, maar ik heb nooit kinderen aangeraakt, slapenden gekeeld of meisjes gevangen met de hengel van de rechtspleging. Wat doe je eraan? Ieder heeft zijn eigen logica; ik zal die van mij niet verdedigen, maar zoals u ziet, het kan nog erger. Het beste,

Michail Kretsjinski.



MONOLOOG VAN TARJELKIN UIT DE DOOD VAN TARJELKIN
EERSTE BEDRIJF, SCENE 15.



(Tarjelkin is zogenaamd gestorven en houdt zijn eigen grafrede. Hij heeft compromiterende papieren van zijn meerdere (Varravin) gestolen en wil daar zijn voordeel mee doen. In de lijkkist ligt een dummy, omgeven door rotte vis).

Hooggeachte heren. Excellentie! Het zij zo, Tarjelkin is niet meer! De stille afgrond van het Graf heeft voor ons zijn donkere muil geopend en Tarjelkin is daarin verdwenen! .. Hij is verdwenen, vergaan, vervlogen - hij is weg. En wat zien wij? Een lege tombe, en dat is alles ... Een groot raadsel, een ondoorgrondelijke gebeurtenis. Ik richt mijn woorden tot u, u, de kopstukken van deze Wereld, - u, die onzichtbare werelden hebt ontdekt en de ontelbare sterren hebt geteld, zeg ons, waar is Tarjelkin? .. Hm ... (Heft zijn vinger op) Pas op! ..

Ja, waarde aanwezigen, wij treuren met ons hele hart om Tarjelkin! .. De ijverige Doener is niet meer- de Aanvoerder van ons Regiment is heengegaan. Tarjelkin liep altijd en overal voorop. Nauwelijks had hij bijvoorbeeld het rumoer van een zich voltrekkende hervorming vernomen, of het geluid van stagnatie daarvan, of hij was erbij en schreeuwde: voorwaarts!! .. Wanneer er een vaandel werd gedragen, dan liep Tarjelkin altijd voor het vaandel uit; wanneer de Vooruitgang werd afgekondigd, dan ging hij aan de Vooruitgang vooraf - zodat Tarjelkin eerst kwam en de Vooruitgang daarna! Toen de vrouwenemancipatie kwam, huilde Tarjelkin omdat hij geen vrouw was en zijn crinoline niet kon uittrekken voor het Publiek, niet kon tonen ... hoe men zich moet emanciperen. Toen het bestaan van de Humaniteit werd afgekondigd, raakte Tarjelkin daarvan zo vervuld, dat hij niet langer kuikens at, omdat, zoals hij zei, het de minsten onder zijn broeders waren, en hij ging over op kalkoenen en ganzen, want die zijn groter. Tarjelkin is niet meer en de warmsten missen het vuur, de voorhoede is zonder aanvoerder en de achterblijvers zijn achterop geraakt. Tarjelkin is niet meer, en de Wereld verkilt, de Vooruitgang aarzelt, de Humaniteit is weduwe geworden ...

Maar waarmee, vraagt u, hebben de mensen hem beloond voor zulk een baaierd van activiteiten ... Het antwoord- nee, het is geen antwoord, - ik zeg u: hier zien wij de ironie! Een eenvoudige kist, een voerman, een boerenkar en een goedkoop graf... Maar toch, - kijk, naast deze armoedige kist staat een Hoogwaardigheidsbekleder (wijst op Varravin) hij hoort tot de sterken van deze Wereld en is met Macht bekleed. Wat zegt ons zijn aanwezigheid hier? Was het huichelarij, list of eigenbelang dat hem hierheen voerde en bij deze kist tussen ons deed plaatsnemen? Oh nee! Met zijn aanwezigheid eert hij de rang van de armoede, de orde van de misère, gekleed in het uniform van een dienaar - een dienaar, die het meest persoonlijke, meest geheime en intieme van Zijne Excellentie met zich meeneemt, zelfs in zijn graf...




<    

TSL 25

   >